justitie
   

naar paginabegin

op deze
pagina:

relaties
a-symmetrie
justitie
slachtoffer?
straffen
restitutie
re-integratie
bespiegeling

relaties
In relaties tussen mensen of tussen partijen kunnen conflicten ontstaan. Daarvoor is een redelijke, beschaafde, humane probleemoplossing vereist. Wanneer de twee partijen niet zelf tot een redelijke oplossing kunnen komen, of voor het bereiken van een redelijke oplossing hulp nodig hebben, dient een derde, "hogere" instantie te bestaan die beide conflicterende partijen en hun belangen begeleidt en tot een rechtmatige en bindende regeling besluit.

Toestanden van onrecht zijn altijd veroorzaakt door ofwel macht- en onderdrukkingsgroepen, ofwel door een meerderheid met een attitude van onverschilligheid, die een toestand van onrechtmatigheid voor minderheidsgroepen laat blijven voortbestaan.

Laten we eerst bekijken of we een indeling kunnen vinden van soorten relaties die in een maatschappij bestaan, vooraleer we conficten in die relaties nader belichten:

1. een relatie van één op één
bvb: in een huwelijk
bvb: bij burenruzies
bvb: bij een auto-ongeval (bvb: een wagen rijdt een fietser aan)

2. een relatie van één tegen velen
bvb: een dokter tov zijn patienten
bvb: een fabrikant levert aan zijn klanten producten af met een fabricatiefout
bvb: sociale onrust in een bedrijf omdat bvb aan de arbeiders een andere werkregeling wordt opgelegd door de directie
bvb: één verzekeringsmaatschappij heeft vele klanten
bvb: de schooldirectie legt nieuwe regelementen op aan de leerlingen
bvb: één wagen rijdt een groep wandelaars aan
bvb: de relatie van de overheid tov de burger
bvb: een bedrijf vervuilt de omgeving

3. een meervoudige relatie van veel tegen velen
Dit soort relaties worden hier verder niet diepgaander bestudeerd. De meeste van deze relaties kunnen immers tot één van beide hierboven genoemde types worden teruggebracht, alleen is dat in deze categorie niet altijd onmiddellijk duidelijk.

bvb: relaties tussen belangenorganisaties die beiden vele leden vertegenwoordigen (vakbonden, politieke partijen, beroepsorganisaties, consumentenverenigingen, enz ...), ploegensporten, maar ook: volksopstanden, terrorisme, oorlogen, ...

naar paginabegin a-symmetrie
We merken nu op dat er in een relatie zeer zelden sprake is van twee volkomen gelijkwaardige, even sterke partijen. De relatie, met andere woorden, is altijd a-symmetrisch.

Er is altijd, in een relatie:
- een sterke partij en een zwakke
- een verkopende partij en een betalende partij
- rijkdom tegenover armoede
- [méér mogelijkheden]
               ten opzichte van [minder mogelijkheden]
- macht tegen onderdrukking

Voorbeelden van op een bepaald ogenblik toch quasi gelijk sterke, evenwaardige partijen:
bvb: twee voetbalploegen die gelijk sterk zijn en pas na verlengingen en na reeksen strafschoppen een matchwinnaar opleveren
bvb: de spelers van een tennismatch waarin de allerlaatste set uitloopt tot een hoge score
bvb: concurrerende gelijk grote bedrijven die precies gelijkwaardige producten (bvb een TV of een middenklassewagen) aan hun klanten te koop aanbieden (soms is er inderdaad weinig verschil tussen "concurerende" merken !)


Op te merken valt dat dergelijke quasi gelijk-sterke partijen snel evolueren: na enige tijd groeien ze vanzelf weer een andere richting uit en vergroot opnieuw het onderscheid, zodat er weer "verschil" ontstaat.

Gelijkheid of evenwaardigheid die een beletsel zou kunnen vormen om te bepalen welke van beide partijen de zwakste respectievelijk de sterkste is, is altijd slechts tijdelijk. Ook in het verleden waren dan beiden niet altijd even gelijkwaardig.

naar paginabegin justitie

In een conflict tussen partijen heeft de zwakste partij in principe altijd gelijk. Hierop bestaan geen uitzonderingen. In die zin kan onmiddellijk en efficiënt een snelle uitspraak worden gedaan.

in een relatie "één tegen velen":
bvb: een verkoper heeft een TV verkocht aan een klant, die na twee maanden kapot gaat. Beter gezegd: een verkoper heeft aan een klant een TV verkocht die na twee maanden kapot gaat. De klant brengt de TV terug, en krijgt een andere : het toestel is buiten de wil van beide partijen om stuk gegaan.
bvb: in een confict tussen werkgever en werknemer heeft de werknemer (als zwakste partij) altijd gelijk.
bvb: in een conflict tussen dokter en patiënt heeft de patiënt altijd recht.
bvb: zodra een eigenaar schade heeft aan zijn verzekerde eigendom, is de verzekeringsmaatschappij verplicht hem te vergoeden: de eigenaar heeft gelijk.

in een relatie "één tegen één":
bvb: fysiek geweld in een huwelijk: het slachtoffer heeft het recht aan zijn kant, onvoorwaardelijk.
bvb: verbaal geweld in een huwelijk: het slachtoffer heeft ook hier onvoorwaardelijk het recht aan zijn kant.

Het gebeurt wel eens dat bij hoogoplopende ruzies tussen echtgenoten fysiek geweld ontstaat. Dan is er echter al lang ook verbaal geweld gebruikt. Dit los je op door bvb aan beide partijen gedurende een beperkte periode (een week of zo) een proefperiode dus van "goed gedrag" op te leggen: gedraag je vriendelijk en met respect tegenover je partner. Geef beiden een bandrecordertje mee: tape al je gesprekken. Wie het eerst verbaal geweld gebruikt, of op die manier fysiek geweld uitlokt, ongeacht wie van beiden (de uitlokker kan ook zichzelf ophitsen!), is fout: de zwakste partij heeft onvoorwaardelijk het recht aan zijn kant.

Wie door zijn gedrag verbaal geweld uitlokt, misbruikt de andere, die dan, op dat moment, zwakste partij is (de zwakste partij is diegene die dat wangedrag 'moet' dulden: niemand moet wangedrag dulden)

naar paginabegin slachtoffer "spelen"
De omgekeerde rol als zwakste partij.

Het gebeurt natuurlijk, nu beide partijen van deze spelregels op de hoogte zijn, dat één van beide kwaadwillig zich gaat "voordoen" als zwakste partij om zo zijn gelijk te halen.

bvb: een verzekerde manipuleert bewijsstukken van een schadegeval om een hogere uitkering te krijgen.
bvb: een klant claimt herhaaldelijk ontevredenheid om eenzelfde of een gelijkwaardig nieuw product te kunnen verkrijgen bij de verkoper.
bvb: iemand verwaarloost om de nodige maatregelen te nemen die naderend onheil kunnen voorkomen (bvb: je moet je buurman verwittigen als zijn wankele boom op het punt staat om bij een eerstvolgende storm op jouw dak te vallen)
bvb: iemand pest haar partner om een gewelddadige reactie uit te lokken om dan in de rol van slachtoffer geldelijke voordelen te kunnen opeisen

Uiteraard is in dat geval de zwakste partij de ándere dan diegene die op het eerste zicht vermoed werd de zwakste te zijn.

In dat geval moet die partij wel aantonen dat de andere uit opzet of kwaadaardigheid heeft gehandeld.

Meestal is dat het geval als herhaling kan worden aangetoond: de ander heeft dat al meermaals geprobeerd. We gaan hier immers uit van de opvatting dat iedereen wel eens als slachtoffer de zwakste partij is en ook als zodanig rechtmatig wordt beschouwd, maar dat dergelijke toestanden zich niet systematisch herhalen.

bvb: Bij een examen in de middelbare school voelt een student zich benadeeld in de beoordeling die hij heeft gekregen, en hij vraagt zijn schriftelijk examenblad nadien terug voor nazicht. Als hij passages vindt die als fout werden onderstreept door de verbeterende leerkracht, maar die in feite goed waren, dan heeft hij (als zwakste partij) automatisch recht op een puntencorrectie en op een hoger puntentotaal.
Maar als de leerkracht kan aantonen dat de student achteraf zélf deze passages als fout heeft onderstreept, dan is de leerkracht de zwakste partij en zal de leerling uiteraard geen gelijk krijgen.
Als de leerling bij het maken van zijn examen open ruimtes op zijn blad heeft gelaten, en daar nadien extra informatie bijschrijft om te beweren dat zijn antwoord toch juist was en hij méér punten verdiende, dan zal de leerkracht dat moeten voorkómen door al bij het nazicht van dat examenblad alle open ruimtes zodanig te markeren dat er achteraf niets bedrieglijks nog kan worden bijgeschreven als de examinant zijn examenblad na verbetering zou terugvragen.

De regel "de zwakste partij heeft altijd het recht aan zijn kant" heeft dus een dubbel-optimale werking: beide partijen zullen ervoor zorgen dat de rechten van de ander zo goed mogelijk worden gerespecteerd, en dat zelfs de gelegenheid tot het plegen van fraude preventief wordt voorkomen !

Daarom is de ProDemo-visie voorstander van het principe:
bij een confict heeft de zwakste partij altijd gelijk

Beide partijen zullen dan altijd zorgvuldig handelen om te voorkomen dat de ander ten onrechte deze regel zou kunnen misbruiken om zich als zwakste partij voor te doen. De beste manier om dat te voorkomen bestaat erin dat de sterkste partij (bvb de verkoper) er steeds voor zorgt goede producten en diensten af te leveren, en vooral vooraf nauwkeurig zal luisteren naar de wensen en de behoeftes van de klant (of de patiënt), en er zeker niet toe zal overgaan om hem of haar zomaar iets "aan te smeren", alleen maar omdat er zo graag verkocht wordt en er zonodig winst dient te worden gemaakt.

bvb: iemand koopt een PC in onderdelen en wenst die thuis zelf samen te bouwen. Blijkt (dan pas!) dat onderdelen die hij nog heeft liggen en die hij ook daarvoor wilde gebruiken, niet compatibel zijn met de nieuw-aangerkochte materialen: niet de koper kon dat weten, maar wel de verkoper diende vooraf zijn potentiele klant te informeren. (bvb: 030518: mijn All in Wonder videokaart (AGP2X) past niet in mijn nieuwe moederbord AOpen AK77 8X Max (met AGP8X): had de verkoper dat nu niet even kunnen zeggen toen ik een case met dat moederbord, een processor en geheugen ging kopen, maar zonder videokaart ???)

naar paginabegin straffen
Bij overtredingen en misdrijven is het in onze samenleving gebruikelijk om mensen te straffen of een boete op te leggen, of hen van hun vrijheid of van hun rechten te beroven, tijdelijk dan wel permanent.

ProDemo gaat uit van het humane standpunt dat voorkómen beter is dan genezen, en behandeling en hulp beter dan straffen of weerwraak.

1. straffen
Psychologisch is aangetoond dat straffen een zeer gering effect hebben om ongewenste handelingen te voorkomen, of om herhaling van dergelijke handelingen te voorkomen.
Psychologisch is experimenteel vastgesteld dat conditionering (een bepaalde vorm van gedrag aanleren) kan worden bekomen door training, waarbij prikkel en stimulans elkaar snel opvolgen, dus wanneer beloning of straf quasi onmiddellijk na de prikkel (binnen de 0.5 seconden) wordt aangeboden ("aangeleerd", getraind). Deze kennis wordt efficient toegepast in dieren-trainingsprogramma's (bvb: klicker-training voor honden), maar is natuurlijk niet bruikbaar bij onze medemensen als de bestraffing (stimulans) slechts lange tijd na de feiten (prikkel) plaatsvindt. Om nog maar niet te spreken over bvb. een voorhechtenis van zeven jaar vóór een proces uiteindelijk begint.

Straffen onderscheiden zich in twee categorieen:
1. her-opvoeding van de betrokkene, waar mogelijkheden tot re-integratie voorhanden zijn ("behandeling")
2. bescherming van de samenleving

2. behandeling
Medische en psychologische voorzieningen moeten worden aangewend om sociale delicten te begeleiden naar reintegratie. De verwijzing naar een aangepaste medische begeleiding moet sneller geschieden, van zodra vaststaat dat een dergelijke behandeling een grote kans op genezing inhoudt. Dit is zowel in het belang van de samenleving, als in het belang van de dader. Na de behandeling zal moeten worden voorkomen dat een labielere persoon terugvalt in een crimineel-gedrag-stimulerende omgeving. Dat kan alleen lukken als ook andere ProDemo-principes in de samenleving worden gerealiseerd (basisinkomen, geen discriminatie, rechtszekerheid, rechtvaardigheid, edm). Deze sociale doelstellinge zijn van een zeer grote invloed om crimineel gedraag te voorkomen. Sociale verantwoordelijkheid voor onze medeburger moet worden aangemoedigd: voor de overheid is hier een voorbeeldrol weggelegd, die evenwel buiten het kader van het onderwerp jusitie valt, maar even noodzakelijk is om een blijvende verbetering van het sociale milieu te bereiken.

3. bescherming van de samenleving
Samenleven is moeilijk als er in de maatschappij sociaal-gevaarlijke individuen zijn, waardoor het onveiligheidsgevoelen van de burgers -al dan niet terecht- wordt verhoogd. Daarom zal een tijdelijke opsluiting (verwijdering uit de omgeving) van onbetrouwbare individuen tenminste geoorloofd zijn, zij het dat daaraan strikte regels moeten zijn verbonden om de rechten van de verdachte te vrijwaren. Daarnaast is, zoals reeds aangehaald, een goede re-integratie-begeleiding noodzakelijk, naast een grotere sociale medeverantwoordelijkheid voor iedereen. Daarbij niet mag worden voorbij gegaan aan de verantwoordelijkheid voor een veilige samenleving die op de schouders rust van de betrokkene zelf bij zijn re-integratieproces.

Een voor bespreking vatbaar voorstel terzake:
Op zware misdrijven (moord, doodslag) die niet door restitutie kunnen worden ongedaan gemaakt, zou een vrijheidsberoving kunnen staan die in tijdsduur tenminste gelijk is aan de helft van de levensverwachting van de dader. Verwacht mag immers worden dat, mits aangepaste begeleiding en/of behandeling, iemand na de helft van zijn resterende leven toch niet meer dezelfde gevaarlijke persoonlijkheid is van destijds toen die wandaden werden gepleegd. Deze straf noemen we "levenslang".

bvb: een 40-jarige moordenaar wordt dan in principe veroordeeld tot (78 - 40) / 2 = 19 jaar opsluiting.
bvb: voor een 60-jarige moordenaar betekent "levenslang": (82 - 60) / 2 = 11 jaar opsluiting
bvb: een 30-jarige dader van een dubbele passionele moord moet aankijken tegen een opsluiting van (76 - 30) / 2 = 23 jaar, en daarna, op zijn 63e, gaat de tweede "levenslang"-veroordeling in: zijn levensverwachting is dan gestegen tot 83 bvb: (83 - 63) / 2 = 10, waardoor hij pas op zijn 73e zal vrijkomen.
Verwacht mag worden dat de levensomstandigheden dan zodanig zijn veranderd dat een dubbele passionele moord door dezelfde dader dan tenminste zéér onwaarschijnlijk is.

PS: Je levensverwachting is niet voor iedereen hetzelfde : hoe ouder je al bent, hoe meer kans op het bereiken van een nog hogere ouderdom (iemand die 98 is heeft méér kans om 100 te worden dan iemand die 60 jaar oud is. Daar bestaan wetenschappelijk onderbouwde statistieken over).

Een zeer humane regeling
Elk geval dient evenwel op zich te worden beoordeeld (dit is een fundamenteel prioritair principe!). Verzachtende omstandigheden kunnen in aanmerking worden genomen voor het bepalen van de strafmaat.

naar paginabegin restitutie, boetes en strafmaat
Uiteraard dient de overtreder van rechtsregels de benadeelde(n) schadeloos te stellen. Daarnaast kan een boete worden opgelegd. In een nog voor bespreking vatbaar voorstel bijvoorbeeld de helft van het benadeelde bedrag.

bvb: als je 100.000 BEF hebt gestolen of verduisterd, dien je 50.000 BEF boete te betalen, nadat je natuurlijk de gestolen 100.000 hebt teruggegeven.

Kan je de boete niet betalen, dan krijg je vervangende gevangenisstraf. Om dat te financieren wordt je basisinkomen gebruikt. Eén dag gevangenisstraf kost 33 euro (één-dertigste van je maandelijkse basisinkomen van 1.000 euro, per dag). In plaats van 50.000 BEF boete te betalen, kan je kiezen voor 37 dagen celstraf (37 dagen x 33,3 euro per dag = 1.240 euro = 50.000 BEF).
Wie evenwel veroordeeld wordt tot effectieve dagen gevangenisstraf, kan zijn straf niet "afkopen" door een gelijkwaardige boete te betalen: dat zou onrechtvaardig zijn (en te gemakkelijk voor de rijke overtreders van de wet).

Boetes dienen proportioneel te zijn aan de rijkdom van de overtreder.
bvb: de opgedreven brommer (ik werk dit voorbeeld nog verder uit. Aangetoond zal dan worden dat nu een 16-jarige die op de vakschool heeft geleerd hoe hij zijn brommerke kan opdrijven, daarvoor in verhouding veel te zwaar wordt gestraft: 20.000 BEF boete, nogmaals extra gestraft want daardoor rijdend zonder geldige verzekering, brommerke verbeurd verklaard, al zijn bezittingen kwijt, totale kosten: 80.000 BEF... voor de ouders??? Terwijl een welgestelde automobilist die met zijn Jaguar 60 km te snel rijdt en een véél zwaardere overtreding begaat en proportioneel veel minder hard wordt aangepakt. Hij verliest NIET 3x de waarde van zijn wagen... PS: en dat moet ook niet: vooral de jongere moet veel minder hard alternatief worden aangepakt in een proportionele visie)
(wordt uitgewerkt)

naar paginabegin re-integratie
moet worden mogelijk gemaakt door
- begeleiding
- therapie (gedrags-therapie)
- opleiding en
- oefening

Sociale integratie omvat
- een woonomgeving
- vrienden
- relatie
- werk
- werkmakkers
- geburen
- respect voor de omgeving

We moeten ook sociaal vooruitzien en een leefomgeving creëren die individuele problemen vermijdt ! Dat doe je door iedereen :
- kansen
- opvoeding en
- opleiding
...te bieden

naar paginabegin bespiegeling
bvb: men zou kunnen argumenteren dat een dergelijke voorstel nogal simplistisch is.

Is er dan ergens enige logica te ontdekken in de complexiteit van de huidige straffen en boetes?

Met ProDemo-principes weet iedereen duidelijk in welke mate eigendomsdelicten worden bestraft... of zwartwerk...

mail uw mening, dit voorstel is voor aanpassing vatbaar !
naar paginabegin zie ook:
waarom een basis-inkomen?
naar paginabegin mail het adres van deze pagina aan je collega
typ zijn / haar e-mail-adres in:

Proportionele Democratie :
niemand wordt vergeten

vorige pagina print-vriendelijke versie www.prodemo.be/justitie.htm lees verder volgende pagina
 030520 © 2003 JFCIPeeters